woensdag 12 juli 2017

Niet zo welkom

In de stad waar ik werk, staan heel veel scholen. In iedere wijk meerdere, zodat er wat te kiezen valt voor ouders. We hebben de scholen gevraagd samen te werken, in plaats van de tent uit te vechten in de slag om de leerling. Of omdat je je eigen school beter vindt dan die van een ander. Misschien past de ene school wel beter bij je, dan de ander. Dat mag en moet ook.

Basisscholen bestaan van overheidsgeld. Zo bedacht en ingericht omdat het naar school gaan voor alle kinderen belangrijk is. Mensen die in het onderwijs werken, zijn zich dus bewust van dat ze hun werk doen voor alle kinderen en in dienst van de maatschappij. Dacht ik.

Niet dus. Ergens in de stad staan twee scholen, gebouwd in de vorige eeuw. De kinderen krijgen les in verschillende lokalen en gebouwen, het is een paar lokalen hier en een paar lokalen daar. En een plein ertussen. Te gebruiken door twee scholen en schoolbesturen. De ene keer zijn er wat meer kinderen van de ene en dan een paar jaar later weer van de andere school. Vestzak, broekzak - want allemaal maatschappelijk geld, zou je denken.

Niets is minder waar. Sinds een paar jaar mogen de kinderen van de ene school, op last van het bestuur van de andere school, niet meer over het schoolplein van de andere school lopen. Ook niet als het de kortste of de veiligste route is. Het beleid is op schrift gesteld en aan onze school medegedeeld. Voorbeelden van de gebruikte argumenten: 'deze kinderen vallen niet onder ons bevoegd gezag. Wij zijn juridisch eigenaar van het plein. Wij mogen bepalen wie er over ons plein loopt'.

Het blijkt mogelijk om met het juridisch gezag heel selectief om te gaan. De postbode mag er wel over heen lopen. De logopediste en de mensen uit het wijkteam wordt geen strobreed in de weg gelegd als ze de school willen bezoeken. Iemand uit de buurt die op het bankje een krantje wil lezen? Van harte welkom!

De kinderen van onze school echter niet. Ook niet onder begeleiding van hun leerkracht. Zo werd zelfs een leerkracht door een naar buiten rennende collega-juf een halt toe geroepen. Het feit dat dit op dat moment de veiligste weg was naar de andere school, omdat de weg die om de school loopt opengebroken was ivm het vervangen van de gasleidingen, deed niet ter zake.

Om het eigenaarschap en de machtsverhoudingen nog wat duidelijker te markeren, doet de leidinggevende van de rennende juf er sinds die tijd nog een schepje bovenop. Hij laat dagelijks de kinderen van zijn school voor de ramen van de klaslokalen van de buren spelen. Het is immers zijn plein! En pauze is pauze, ook als de andere kinderen net geconcentreerd met rekenen bezig zijn. Tikkertje krijgt zo een heel nieuwe betekenis.

Navraag bij de gemeente leverde de informatie op, dat de juridische verhoudingen inderdaad zo zijn. Wie het plein heeft, bepaalt. En dus ook wie er welkom is. Jammer dan. Ook als het onveilige toestanden of rare situaties oplevert die je niet uit kunt leggen aan een kind of ouder. 'Regels zijn regels'. Aan die uitspraak heb ik een pesthekel. Omdat ie bijna altijd gebruikt wordt voor dingen die te krankzinnig zijn voor woorden.

Je bent kind en niet welkom. Voor sommige van deze kinderen is dat niet de eerste keer en dus ook niet de laatste keer in hun leven. Wat we er aan gaan doen? Niet zoveel. Ik kreeg over deze situatie het goedbedoelde advies een hek te laten plaatsen, zodat de kinderen in ieder geval op hun eigen plein kunnen spelen en kunnen doorwerken als de andere school pauze heeft. Wat een treurnis. Ik schaam me. Ook plaatsvervangend. Er komt geen hek, natuurlijk. Wel een hartgrondig pleidooi voor normale bestuurlijke verhoudingen in het belang van kinderen. Sommige kinderen komen nu eenmaal met de denkbeeldige ooievaar, en sommige met een boot. Die laatste groep kondigt zich niet 9 maanden ervoor al aan. Laten we gewoon ons werk gaan doen.